Menu

Floral Design: verwondering voor verstilde pracht

Als er al een hemel op aarde bestaat, dan bevindt die zich ergens aan het voorportaal van de Vlaamse Ardennen. Schurkend tegen de sierlijke glooiingen van eeuwenoude heuvels, ligt het pittoreske Wannegem-Lede, een dorp waar de tijd zich nog niet heeft overgegeven aan de snelle waan van de dag en waar de dingen gewoon nog de dingen mogen zijn. Een oude tractor tuft op er op een nevelige septemberochtend door de velden, een man tuurt naar de horizon, kauwen zitten er lui op straat en in de tuin van Sofie Spruyt, floriste en epicurist, hangt een nazomerse vrede die bezoekers instant zen maakt. Wij gingen langs voor een gesprek over – amongst others – de nobele kunst van het bloemschikken, en zoveel meer. 

Tekst: Sven De Potter

De Duitse dichteres Getraude Beese zei het ooit eens als volgt: “Een leven zonder dromen is als een tuin zonder bloemen.” En ze had overschot aan gelijk. Maar kunnen we zonder bloemen überhaupt leven? Stel de vraag aan Sofie Spruyt en ze zal je volmondig “Neen, natuurlijk niet”, antwoorden. Voor Sofie Spruyt start en eindigt de dag met bloemen, in verschillende vormen. 

Met haar zaak Floral Design zorgt ze er al jaren voor dat events – van jubileums, trouwerijen, begrafenissen, lentefeesten, liefdesfeesten, communies en dies meer – net iets meer verdieping krijgen. Ze voegt met haar met zorg samengestelde bloemstukken- en installaties niet enkel een vleugje persoonlijkheid toe aan events, maar meteen ook een extra dimensie, een natuurlijke touch. 

“En toch was floriste worden niet mijn grote roeping,” vertelt ze wanneer we op een warme Indian Summer-middag door haar kleurrijke tuin wandelen. Indische kers. Echinacea. Cosmos. Dahlia’s. Het is een shot kleurrijke liefde. 

“Ik ben afgestudeerd als interieurarchitectuur, en heb een diploma kunstwetenschappen. Ik heb altijd al een grote liefde gehad voor gebouwen en materialen, voor de tactiliteit van dingen en de schoonheid die ze uitstralen. Het was mijn idee om na mijn studies bij een bureau te werken waar ik mijn liefde voor kunst kon combineren met modernere visies op (interieur)architectuur, maar zover is het dus nooit gekomen. Ik merkt na mijn afstuderen en het zoeken naar een job dat ik een richting werd uitgestuurd die ik niet zag wilde. Ik zag het niet zitten om elke dag met een computer keukens uit te tekenen. De keuze om iets anders te doen, was vrij snel gemaakt. Maar het leven had blijkbaar een ander plan: ik leerde mijn echtgenoot kennen, en was snel zwanger, van een tweeling notabene (lacht). 

Ik heb die dromen even opgeborgen, en ben mijn mama gaan helpen in haar immobiliënkantoor, want zij zocht net een extra stel handen. Voor mij was die job, zeker in combinatie met de zorg voor twee jonge kinderen, echt heel welkom. Ik heb dat met heel veel liefde en plezier gedaan.”

“De verwondering die ik als kind voor de natuur had, heb ik nog steeds.”

Liefde voor leven

Dat het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Tijdens lange wandelingen met de kinderen, voelde Sofie dat de liefde voor schoonheid, voor de natuur haar influisterde om toch iets met haar creatieve dadendrang te doen. 

“De kinderen vielen tijdens het wandelen in slaap, wat me tijd gaf om wat wilde bloemen te plukken en die achteraf te drogen. Zo is het een paar jaar geleden allemaal begonnen. Ik kreeg al snel van een aantal pasgehuwde koppels de vraag of ik hun trouwboeket wilde persen en inkaderen, en zo is het via mond-tot-mondreclame heel organisch gegroeid. Ik had het geluk dat er in die periode een steeds grotere belangstelling ontstond voor droogbloemen. Het werd een hype, en aangezien mensen wisten dat ik ermee bezig was, kreeg ik ineens heel veel opdrachten. Je zou kunnen zeggen dat de passie voor het metier zich op mijn dorpel heeft gepresenteerd.”

Floral Design bestaat nog niet zo heel erg lang. Jij bent een van de weinige mensen die de coronacrisis wisten om te buigen tot een succesverhaal.

“Ja, eigenlijk wel. Toen ik er na de geboorte van ons derde kindje voor koos om niet meer terug te gaan werken en volop voor mijn droom te gaan, was dat in een periode waarin heel de maatschappij op slot ging. Alles viel stil. Het gevolg daarvan was dat heel veel mensen thuis zaten, maar toch ergens een houvast zochten in schoonheid, in iets waar ze blij van werden of hun interieur mee konen opleuken en verfraaien. Voor mij was die coronaperiode, ondanks het feit dat alle feesten en events on hold stonden, een drukke periode. En langzamerhand is het gegroeid tot wat het vandaag is.”


Een succesvol bedrijf, gerund door een vrouw die weet wat ze wil.

“(lacht) Zo kun je het wel stellen, ja. En weet je, het hoefde voor mij niet per se over het medium ‘bloem’ gaan. Ik denk dat, mocht er iets anders creatiefs op mijn pad gekomen zijn, het evengoed ook dat kon geweest zijn. Het gaat me om het feit dat ik de wensen van klanten een invulling kan geven, dat ik hun vragen op een creatieve manier kan uitwerken, met bloemen.”

“Als het gaat over mijn favoriete bloemen, dan kom ik steeds weer terecht bij de bloemen die ik ook als kind al graag rook.”

Je werk is verfijnd, mooi en elegant. Er zit een kunstige rand aan. 

“Misschien wel, maar dat komt doordat de opdrachten die ik de laatste tijd krijg meer die richting uitgaan. De vraag naar installaties of stukken waar bloemen, architectuur en kunst samenkomen, is groter geworden. Ik maak stukken die aansluiting vinden bij een welbepaalde ruimte. Ik koester het verlangen om het materiaal waarmee ik werk meer en meer te laten spreken, uit zichzelf. Ik word daarin vooral geïnspireerd door wat ik in de natuur zie: als je kijkt naar een vogelnestje of naar de mooie natuurlijke vormen van planten en bloemen, dan zit daar een intrinsieke schoonheid in, iets wat zo natuurlijk is en zo los staat van een esthetisch doel dat het elke grens van schoonheid overstijgt. Er zit geen plan achter en toch is het helemaal af. Ik vond onlangs de cocon van een tijgerspin… en was daar oprecht door geëmotioneerd, om de eenvoud en de schoonheid ervan. En dat lijkt dan weer op de cocon van juffertjes-in-het-groen … wat net dezelfde uitstraling heeft.”

 

Het kind en de bloem 

“Als ik er zowat over nadenk, dan heb ik altijd al een grote liefde gehad voor bloemen. Ook als kind zocht ik al bloempjes om te persen of om er parfum van te maken. Als het gaat over mijn favoriete bloemen, dan kom ik steeds weer terecht bij de bloemen die ik ook als kind al graag rook. Meiklokjes. Rozen. Hyacinten. Lelies. Mimosa, omdat het de nakende lente aankondigt. Geuren brengen me terug naar plekken van vroeger. De verwondering die ik als kind voor de natuur had, heb ik nog steeds. En ik denk dat het vooral dat is wat ik wil bewaren of vastleggen. Hoe mooi de natuur kan zijn. Al voelt het soms wel wat tegenstrijdig, omdat ik net dingen wegneem uit de natuur en ze uit hun context haal.”

Als we het even over droogbloemen hebben: ze doen de tijd toch een beetje stilstaan en vangen de schoonheid van het moment. 

“Ja, maar het blijft heel fragiel en niets is voor eeuwig. Na een tijdje worden droogbloemen weer stof. In vergelijking met verse bloemen kun je ze wel langer bewaren en kan je er langer van genieten, maar na een paar jaar worden ze heel broos en verpulveren ze als je ze aanraakt. Al klinkt dat een beetje alsof ik tegen mijn eigen winkel spreek (lacht). Voor klanten is de keuze voor droogbloemen vaak een kwestie van budget: je kunt erin investeren en jaren van genieten, terwijl je bij een vers boeket al blij mag zijn dat je het twee weken kunt bewaren. Wat events betreft, is het dan weer anders, want die zijn beperkt in tijd. Daar kunnen installaties met verse bloemen perfect. En tegenwoordig vind je prachtige zijdebloemen, die vaak kunstwerkjes op zich zijn. Dat is dan weer een ideale keuze voor de horeca.”

De bloemensector lijkt in heel het ecologische verhaal een beetje buiten schot te blijven, ook al is het een miljardenindustrie. Dagelijks importeren we tonnen bloemen uit Afrika, Zuid-Amerika … en vraagt de kweek bloemen enorm veel water. Ben je daarmee bezig? 

“Ik probeer erop te letten. Ik weet dat de industrie nog veel werk heeft om alles ecologischer te laten verlopen. Ik kies er zelf alvast voor om mijn bloemen lokaal te kopen of om niet verder te gaan dan Nederland. En als klanten die trouwen op zoek zijn naar een teler voor verse bloemen, dan zal ik ze in de richting van een Belgische teler sturen. Verder heb ik ervoor gekozen om klanten de keuze te laten tussen biologische of gangbaar geteelde bloemen. Ik beschouw het niet als mijn taak om de industrie te veranderen, maar ik kan wel meehelpen om het bewustzijn errond te verspreiden. Nu, veel biologische telers zijn er niet in België. Bloemen kweken en onderhouden, is een heel arbeidsintensieve job. Hier in de buurt heb je bijvoorbeeld wel Fleur Couleur, Het Wijveld in Bloei, Rijk Bos Bloemen, Lent, Herenthoeve … Of Blomm, een van de pioniers wat betreft het aanbieden van biologische bloemen en zaden. Het bougeert wel, al gaat het traag.”

De bloem als foto 

“Ik zie verder nog een raakvlak tussen gedroogde bloemen en fotografie”, gaat Sofie verder. “Als je bloemen droogt en perst, veranderen ze van een drie-dimensioneel gegeven naar een twee-dimensioneel beeld. Als je ze inkadert, krijg je iets wat op een foto lijkt, iets wat een moment vangt. Het is een vraag die ik vaak krijg en die telkens weer terugkomt. Mensen hebben een mooi moment beleefd en willen daar een blijvende herinnering aan. Er is altijd een mooie emotionele connectie tussen mensen en bloemen, en het is dat wat mensen proberen vast te leggen. Of het nu gaat om iets vrolijks of iets triests, mensen vinden troost in iets waar een herinnering aan hangt. Een foto, een ingekaderd bloemstukje … in principe maakt dat niet veel uit.”

 

Het kan niet anders of je vindt inspiratie in de kunst. 

“Jazeker, maar ik denk dat dat voor iedereen geldt die creatief is. Een van mijn grote voorbeelden is de Duitse kunstenaar Wolfgang Laib, maar hij is minder bekend bij het grote publiek. Jammer eigenlijk, omdat hij bijzonder indrukwekkend dingen doet. Laib trekt bijvoorbeeld met een borsteltje en een opvangbakje een veld vol paardenbloemen in, waar hij dan het stuifmeel van verzamelt. Dat is een ontzettend tijdrovend en secuur werk. Met dat verzamelde stuifmeel, maakt hij een soort van tapijt … en de kleur die daarvan afspat, de intensiteit daarvan, daar word ik telkens weer stil van. De overgave, de traagheid van het proces, het resultaat en het contrast dat hij maakt met de ondergrond … ik vind dat adembenemend mooi. 

Het repetitieve in zijn werk inspireert me. En eigenlijk ervaar ik soms een beetje hetzelfde als ik een werk maak met de bloemenpers. Dan moet ik elk bloemblaadje apart op een heel voorzichtige manier op de juiste plek leggen, elke blaadje lijmen … het is heel meditatief, een beetje zoals monniken deden bij het kopiëren van middeleeuwse teksten. Of als iemand me vraagt om een heel uitgepuurd werk te maken, in de stijl van de Japanse ikebana. Ik kan uren laten verglijden met het juist schikken van een paar takken. Als ik aan zo’n werk begin, kom ik echt heel dicht bij mezelf.”

Naar de website van Sofie Spruyt

 

fotografie: by nouchka BV | Lieselot de Stoop | 
Studio Leau | Lux Visual Storytellers

Heb je deze stories al gelezen?

Blijf altijd op de hoogte
van nieuwe collecties

Door je te registreren ga je akkoord met ons privacybeleid